Advies en begeleiding bij muzikaal-erfgoedzorg

 

De Alamire Foundation maakte in opdracht van de Vlaamse Gemeenschap een inventaris van de handgeschreven antifonaria die bewaard zijn in Vlaanderen en die dateren van de periode 1100 tot 1800.

De tentoonstelling Goddelijke Klanken in M, het nieuwe Museum Leuven, presenteert een beperkte selectie van die handschriften en maakt meteen duidelijk hoe een muziekhandschrift door de eeuwen heen veranderde op het vlak van productie, verluchting, de notatie van muziek en tekst en van de keuze van het repertoire. De tentoonstelling vindt plaats van 8 september tot 27 november 2011.

Van de vroege middeleeuwen tot het einde van het Ancien Régime (10de - 18de eeuw) was het gregoriaans alomtegenwoordig in het Europese muziekleven. Hoewel Vlaanderen een belangrijke rol speelde in de ontwikkeling en verspreiding van dit repertoire, en er nog steeds een belangrijke hoeveelheid gregoriaanse handschriften bewaard wordt, blijft dit deel van Vlaanderens muzikale en artistieke patrimonium voor velen een onbekende, verborgen schat.

Neumen-notatie

 De kern van de tentoonstelling wordt gevormd door een selectie van dertien handschriften die gemaakt werden in Vlaanderen en er ook worden bewaard, en die een opmerkelijke verscheidenheid tonen in ouderdom, presentatie, grootte en verluchting. Een groot aantal handschriften werd doorheen de eeuwen intensief gebruikt en getuigt dan ook van het muziek- en gemeenschapsleven in de instellingen waarin ze geschreven werden.
 
Het oudste handschrift toont aan dat deze muziek oorspronkelijk uit het hoofd werd uitgevoerd: het is zeer klein en maakt gebruik van ‘neumen’notatie, tekens zonder notenbalken. De grootte van de bronnen nam doorheen de eeuwen toe en ontwikkelde zich tot het formaat van een koorboek, waaruit een volledige groep zangers kon zingen. De grotere boeken zoals die uit Brugge, Tongerlo en Vorst, die dateren uit de dertiende tot de zestiende eeuw, zijn vaak prachtig verlucht.
 
Enkele van de bronnen werden gebruikt door beroemdheden in hun tijd: één van de manuscripten werd door Hildegard von Bingen naar de abdij van Villers gestuurd, andere handschriften werden gebruikt door de bekende Vlaamse mystica Beatrijs van Nazareth, de invloedrijke liturgist Radulph de Rivo van Tongeren en Johann Heinrich von Frankenberg, de laatste bisschop van Mechelen vóór de Franse Revolutie.

Klankinstallatie

 Deze tentoonstelling plaatst zowel de manuscripten als de klinkende muziek in het middelpunt. Via de klankinstallatie 'Dioramatized #2'  kan de bezoeker ook horen wat hij ziet en de verschillen in stijl, vorm en uitvoeringswijze beluisteren. Vier antifonaria uit respectievelijk de 11de, 13de, 15de en 18de eeuw worden op de tentoonstelling in beeld/klank gebracht door internationale topensembles.
 
Deze tentoonstelling is een samenwerking met Alamire Foundation en Illuminare.

Submit to FacebookSubmit to Google PlusSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn

De Alamire Foundation maakte in opdracht van de Vlaamse Gemeenschap een inventaris van de handgeschreven antifonaria die bewaard zijn in Vlaanderen en die dateren van de periode 1100 tot 1800.

De tentoonstelling Goddelijke Klanken in M, het nieuwe Museum Leuven, presenteert een beperkte selectie van die handschriften en maakt meteen duidelijk hoe een muziekhandschrift door de eeuwen heen veranderde op het vlak van productie, verluchting, de notatie van muziek en tekst en van de keuze van het repertoire. De tentoonstelling vindt plaats van 8 september tot 27 november 2011.

Van de vroege middeleeuwen tot het einde van het Ancien Régime (10de - 18de eeuw) was het gregoriaans alomtegenwoordig in het Europese muziekleven. Hoewel Vlaanderen een belangrijke rol speelde in de ontwikkeling en verspreiding van dit repertoire, en er nog steeds een belangrijke hoeveelheid gregoriaanse handschriften bewaard wordt, blijft dit deel van Vlaanderens muzikale en artistieke patrimonium voor velen een onbekende, verborgen schat.

Neumen-notatie

 De kern van de tentoonstelling wordt gevormd door een selectie van dertien handschriften die gemaakt werden in Vlaanderen en er ook worden bewaard, en die een opmerkelijke verscheidenheid tonen in ouderdom, presentatie, grootte en verluchting. Een groot aantal handschriften werd doorheen de eeuwen intensief gebruikt en getuigt dan ook van het muziek- en gemeenschapsleven in de instellingen waarin ze geschreven werden.
 
Het oudste handschrift toont aan dat deze muziek oorspronkelijk uit het hoofd werd uitgevoerd: het is zeer klein en maakt gebruik van ‘neumen’notatie, tekens zonder notenbalken. De grootte van de bronnen nam doorheen de eeuwen toe en ontwikkelde zich tot het formaat van een koorboek, waaruit een volledige groep zangers kon zingen. De grotere boeken zoals die uit Brugge, Tongerlo en Vorst, die dateren uit de dertiende tot de zestiende eeuw, zijn vaak prachtig verlucht.
 
Enkele van de bronnen werden gebruikt door beroemdheden in hun tijd: één van de manuscripten werd door Hildegard von Bingen naar de abdij van Villers gestuurd, andere handschriften werden gebruikt door de bekende Vlaamse mystica Beatrijs van Nazareth, de invloedrijke liturgist Radulph de Rivo van Tongeren en Johann Heinrich von Frankenberg, de laatste bisschop van Mechelen vóór de Franse Revolutie.

Klankinstallatie

 Deze tentoonstelling plaatst zowel de manuscripten als de klinkende muziek in het middelpunt. Via de klankinstallatie 'Dioramatized #2'  kan de bezoeker ook horen wat hij ziet en de verschillen in stijl, vorm en uitvoeringswijze beluisteren. Vier antifonaria uit respectievelijk de 11de, 13de, 15de en 18de eeuw worden op de tentoonstelling in beeld/klank gebracht door internationale topensembles.
 
Deze tentoonstelling is een samenwerking met Alamire Foundation en Illuminare.

Submit to FacebookSubmit to Google PlusSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn